Office 2010 – Excel

Les 11: Opmaak van cellen (1)

Hoogte en Breedte instellen

Het zal meermaals voorvallen dat we de informatie in de kolommen niet volledig kunnen lezen (1).
Een reden hiervan kan zijn, dat in de naastliggende kolom ook gegevens zijn ingebracht.
Of dat we, en dit is bij getallen het geval, allemaal kardinaaltekens, of hekjes zien (#) (2).

 

 

Om dit te vermijden moeten we de kolombreedte aanpassen.
Dit kan op verschillende manieren.
Eén hiervan is de muisaanwijzer tussen de twee kolommen in de kolomtitels te plaatsen, tot deze wijzigt in een kruisje met twee pijltjes, en te klikken en slepen naar de gewenste breedte.

 

 

Een tweede manier, en volgens mij de snelste, is de muisaanwijzer tussen de twee kolommen in de kolomtitels te plaatsen, tot deze wijzigt in een kruisje met twee pijltjes, en te dubbelklikken.
Dit past automatisch de breedte van de kolom aan, aan de cel met de meeste celinhoud.

Een derde manier is te klikken op de opdracht “Opmaak” in het Lint, en te kiezen voor “Kolombreedte”. In het dialoogvenster dat verschijnt geef je de kolombreedte in pixels. Klik OK wanneer dit is gebeurd.

 

TIP!
Heb je meerdere kolommen waarvan je de breedte moet wijzigen, selecteer je eerst alle cellen in het werkblad door de knop (1) in de linkerbovenhoek van het werkblad te klikken, en dubbelklik je daarna tussen twee kolommen in de kolomtitels.
Resultaat is dat bij alle kolommen de breedte is aangepast aan de inhoud (2).

 

 

Kolommen en rijen verbergen en zichtbaar maken

Om kolommen en rijen te verbergen selecteren we deze eerst, rechtsklikken en kiezen verbergen uit het drop-downmenu.
Om deze terug zichtbaar te maken selecteer je de twee kolommen waartussen de verborgen kolommen zich bevinden, rechtsklik en kies je “Zichtbaar maken”.

 

 

De scheidingslijn tussen de kolommen waar de verborgen kolommen zich bevinden, wordt een beetje dikker weergegeven. We doen hetzelfde om rijen te verbergen of zichtbaar te maken.
Eerst de rijen selecteren, rechtsklikken en je keuze maken uit het drop-downmenu

Ter informatie:
Wanneer je de kolombreedte aanpast waarbij je alle cellen hebt geselecteerd in het werkblad, zullen de verborgen kolommen terug zichtbaar worden.

 

Opmaak van getallen d.m.v. het lint

Getallenopmaak is één van de vele opmaakmethodes die mogelijk zijn in Excel, om gegevens op te maken in ons werkblad.
Verschillende van deze vinden we in de groep “Getal”, onder het tabblad “Start” van het lint.

 

 

Om een opmaak toe te passen selecteer je eerst de cel, of het celbereik.

Het vak bovenaan de groep getal, geeft de opmaak weer die op dat moment wordt toegepast.
Standaard wordt deze ingesteld op, wat dacht je, “Standaard”.
Wanneer we klikken op het zwarte naar beneden wijzend pijltje, krijgen we een lijst waarin we dit kunnen wijzigen.

Onder elke opmaak wordt een voorbeeld gegeven hoe onze opmaak er uit ziet.

Het verschil tussen de Valuta opmaak en de Financiële opmaak is dat het eerste links wordt uitgelijnd, en het tweede rechts.

Om een opmaak toe te passen klik je deze in de lijst.

Klikken op het naar beneden wijzend pijltje naast de knop
“Financiële getalnotatie”, en te kiezen voor “Meer financiële getalnotaties…”, geeft een dialoogvenster waaruit we onze valuta kunnen kiezen.

 

 

De knop %, geeft de getallen weer als percentage.
De knop 000, geeft duizendtallen weer door een punt.
De derde en de vierde knop verhoogt en verminderd het aantal decimalen.

Ook de percentageweergave kunnen we voorzien van decimalen.

Opmaak van tekst d.m.v. het lint

De opmaak van tekst in Microsoft Excel lijkt sterk op de opmaak in Microsoft Word.

De opdrachten in de groep Lettertype en de groep Uitlijning, zijn bijna identiek met de opdrachten in de groep Lettertype en de groep Alinea, in Microsoft Word.

Om cellen of celbereiken op te maken, selecteren we eerst de cel(len).

Mocht dit niet zijn geselecteerd, selecteer je het tabblad Start in het lint.

Om de Tekengrootte in te stellen klikken we het naar beneden wijzend zwart pijltje:

 

 

Nieuw vanaf Excel 2007 is de optie “Live-voorbeelden”.

Wanneer je met de muisaanwijzer over de verschillende tekengroottes schuift, wordt er automatisch een voorbeeld van weergegeven in het werkblad.
Klik een tekengrootte wanneer je tevreden bent.

Diezelfde Live-voorbeeldenoptie werkt ook bij de opdrachten lettertype, opvulkleur, en letterkleur.

 

 

Verder hebben we nog de opdrachten Vet, Cursief, Onderlijnen, Grotere tekengrootte en Kleinere tekengrootte.

Bij de opdracht Onderlijnen hebben we twee mogelijkheden wanneer we het pijltje drukken:
enkel onderlijnen (wat de standaard instelling is) en dubbel onderlijnen.
Klikken op de knoppen “Grotere tekengrootte” en “Kleinere tekengrootte”, vergroot de tekengrootte met 2 pixels.

 

Uitlijnen van gegevens

Naast de groep “Lettertype” vinden we de groep “Uitlijning” met 11 opdrachtknoppen.
De eerste drie zijn “Boven uitlijnen”, “Midden uitlijnen”, en “Onder uitlijnen”.
Deze gebruiken we om de tekst verticaal uit te lijnen.
Afhankelijk van de hoogte van de rij, zullen deze de tekst boven, midden, of onder uitlijnen in de cel.

 

 

De drie daaronder zijn “Links uitlijnen”, “Centreren” en “Rechts uitlijnen”.
Deze gebruiken we om de tekst horizontaal, in onze cel uit te lijnen.

De eerste twee daaronder zijn om de inspringing van de tekst te vergroten, of te verkleinen. Telkens je hierop klikt, vergroot of verkleint de inspringing.

Dan hebben we nog de knoppen “Tekstterugloop” en “Afdrukstand” die we in het volgende hoofdstuk bespreken.

 

Tekstterugloop

Wanneer je tekst intypt in een cel die langer is dan de breedte van de cel, zal de tekst overlopen naar de aangrenzende cel zolang deze geen gegevens bevat. Wanneer deze aangrenzende cel wel gegevens bevat, zullen de gegevens van de eerste cel niet volledig worden weergegeven in ons werkblad.

Een oplossing hiervoor is de kolombreedte aan te passen, wat we reeds hebben gezien in een vorige les, maar een tweede oplossing is, gebruik te maken van de knop “Tekstterugloop”.

Wanneer we op deze knop klikken, zal dit alle tekst in de cel zichtbaar maken door deze te plaatsen in verschillende rijen.

 

 

Klik je nogmaals op deze knop, dan zal dit de tekstterugloop ongedaan maken.

Tekst draaien

Soms is de tekst van de titel veel te lang ten overstaan van de gegevens in de onderliggende cellen.
In Excel hebben we de mogelijkheid de tekst te draaien.
Klik hiervoor op de knop “Afdrukstand” (1) in het lint

 

 

In het drop-downmenu dat verschijnt, hebben we verschillende mogelijkheden.

De eerste vijf lijken me wel logisch.
De zesde optie “Celuitlijning opmaken” opent een dialoogvenster (1) waarin we ondermeer de tekst kunnen draaien (2).

 

 

 

Celranden

Wanneer we klikken op de knop “Randen”, krijgen we een hele lijst met verschillende mogelijkheden.

Alle mogelijke opties lijken me hier duidelijk.

Het enige wat ik je hier moet vertellen, is dat je best eerst de kleur en de randstijl kiest, voor je randen toevoegt aan cellen of celbereiken.

 

 

 

Dialoogvenster celeigenschappen

Net als in Excel 2007 hebben we in Excel 2010 ook nog steeds de mogelijkheid om te werken met het dialoogvenster “Celeigenschappen”.

Hiervoor klikken we op één van de naar rechtsonder wijzende pijltjes naast de groepsnamen.

 

Dit opent het dialoogvenster, waar het tabblad van de geklikte groep reeds is geselecteerd.

De mogelijkheden in de eerste vijf tabbladen kan je eventueel allen eens proberen, maar de opties die je hier allemaal kunt instellen zijn iets te veel om hier verder op in te gaan.

Het laatste tabblad “Bescherming”, is standaard ingesteld op “Geblokkeerd”.

Je hebt hier ook de optie om cellen te verbergen.

Deze optie heeft enkel effect wanneer je het hele werkblad beveiligt. Hierover later meer.

Eénmaal alle opties ingesteld in het dialoogvenster klik je OK om deze te bevestigen en terug te keren naar het werkblad.

 

Opmaak kopiëren

We gebruiken de knop “Opmaak kopiëren/plakken” om de opmaak van tekst- en, achtergrondinstellingen te kopiëren.

 

De knop “Opmaak kopiëren/plakken” vinden we in het lint onder het tabblad “Start”.

 

Selecteer eerst de cel waarvan je de opmaak wil kopiëren.
Klik vervolgens op de knop “Opmaak kopiëren/plakken” in het lint.
Je muisaanwijzer wijzigt in een plusteken met een borsteltje.

En klik, of klik en sleep daarna over de cel(len) waarop je deze opmaak wil toepassen.

Van zodra je de muisknop loslaat, zal de knop “Opmaak kopiëren/plakken” worden uitgeschakeld.

 

Wens je dus verschillende niet naast elkaar liggende cellen te voorzien van deze opmaak, moet je de knop “Opmaak kopiëren/plakken” dubbelklikken.
Op deze manier blijft deze ingeschakeld in het lint, en kun je zoveel keren klikken dat je wil. De gekopieerde opmaak zal steeds worden geplakt.
Om de knop “Opmaak kopiëren/plakken” uit te schakelen klik je nogmaals deze knop in het lint.